Promovenda strijdt met AOb tegen tijdelijke contracten
Je moet opkomen voor mensen in een zwakkere positie, vindt Lotje Siffels. Daarom zit ze namens de AOb in het arbeidsvoorwaardenoverleg van de Radboud Universiteit. Daar verzet ze zich tegen de grote hoeveelheid 0.7-banen.
Lotje Siffels richtte een actiegroep op die pleit voor meer rechten voor werknemers met tijdelijke contracten aan universiteiten. Foto Herman Engbers
“Structureel werk moet beloond worden met een vast contract. Tijdelijke contracten zorgen voor te veel onzekerheid en onveiligheid. Waarom geven universiteiten docenten bijvoorbeeld tijdelijke contracten van maximaal 0.7 fte? Omdat ze anders te veel zouden werken, is het excuus. Ze gaan er dus vanuit dat docenten standaard anderhalve dag per week overwerken.” Lotje Siffels, promovenda ethiek en politieke filosofie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, vindt het niet te begrijpen. Zo’n vijf jaar geleden richtte ze met collega’s de actiegroep 0.7 op, die pleit voor meer rechten voor werknemers met tijdelijke contracten aan Nederlandse universiteiten. Via de actiegroep kwam ze in contact met de AOb. “Dat de vakbond achter ons staat, sterkt me. De AOb herkent de problemen die wij willen aanpakken en staat vanaf het begin open voor gesprekken hierover – ook als ik vind dat iets niet goed wordt gedaan.”
Mensen met tijdelijke contracten zijn kwetsbaarder voor wangedrag
“Het pad voelt soms wat langzaam en je moet compromissen sluiten, dat hoeft als actiegroep minder snel. Maar daardoor hebben we wel bereikt dat er minder tijdelijke contracten mogen worden gegeven op universiteiten. In de cao staat nu dat binnen twee jaar maximaal 13,5 procent van het onderwijspersoneel een tijdelijk contract mag hebben. De volgende stap is wat mij betreft zorgen dat er geen tijdelijke contracten meer mogen worden gegeven voor structureel werk. En de werkgever zou per keer moeten verantwoorden waarom iemand geen vast contract krijgt. Siffels is met haar 30 jaar een van de jongeren binnen de vakbond.
Samen bereiken we meer! Sluit je aan bij de AOb
Al zijn er recent wel meer relatief jonge werknemers bijgekomen die een rol vervullen binnen de AOb, zegt ze. “Ik denk dat dat heel belangrijk is. Veel jongere werknemers hebben of een tijdelijk contract, of een tijdelijk contract gehad. Wij kunnen vertellen wat de problemen van deze groep zijn. Zoals onveiligheid: werkgevers hebben geen reden nodig om deze mensen eruit te gooien, ze kunnen gewoon het contract niet verlengen. Dat voelen mensen met tijdelijke contracten, dus zijn ze kwetsbaarder voor wangedrag en is het voor hen risicovoller om op te komen voor de rechten van hunzelf en anderen.”
De universitaire wereld is behoorlijk homogeen
Sowieso vindt Siffels dat er meer diversiteit moet komen binnen de vakbond en universiteiten. Niet alleen qua leeftijd, maar ook qua achtergrond. “De universitaire wereld is behoorlijk homogeen. Ik zie dat vrouwen, mensen met minder geld en mensen van kleur ook sneller vertrekken. Het systeem dat daarvoor zorgt, moet veranderd worden. Daarbij hebben we ook hun inbreng nodig. In eerste instantie voor hen, maar diversiteit is ook belangrijk voor de kwaliteit van de wetenschap. Dat begint bij een sterke vakbond die opkomt voor de rechten van deze groepen.”
